Peter Case - Het zwarte woud

“Ik was achttien. Met mijn boeken onder de arm was ik die ochtend op weg naar de universiteit. Een sneeuwstorm gierde door de straten van Buffalo,” vertelt Peter Case. “Toen kreeg ik er opeens genoeg van. Ik draaide me spoorslags om, ging mijn gitaar halen en pakte de bus naar Chicago.”

Los Lobos - Van huis uit

Voor een paar peso’s spelen de orkestjes op het Plaza Garibaldi in Mexico-Stad al een verzoeknummer, terwijl je een drankje kunt betrekken bij de rondslenterende clandestiene handelaar, wiens morsige regenjas aan de binnenkant plaats biedt aan enkele flessen tequila en mescal plus een toren plastic bekertjes.

Willy DeVille - In de metropool

“Als muzikant ben ik een product van New York, maar in mijn liedjes schets ik zeker geen romantisch beeld van het ruige leven in die stad, zoals sommigen wel eens beweren," zegt William Borsay alias Willy DeVille. "Mensen romantiseren sowieso vaak dat ik romantiseer."

The Blasters - Made In The U.S.A.

"Wanneer wij oud, kaal en dik zijn, kunnen The Blasters nog met evenveel waardigheid precies dezelfde muziek spelen als we nu doen,” zegt de pas tegen de dertig lopende Dave Alvin in de drukkende zomerhitte op een Amsterdams terras, waar de conversatie regelmatig wordt overstemd door het geratel en gerinkel van een passerende tram.

Chris Hillman - Oude vogel

“Waarom we hier spelen? Ik zou het eigenlijk niet weten. Vermoedelijk voor ons plezier.” Chris Hillman wekte niet bepaald de indruk alsof hij het er van aan het nemen was. Zo had hij van Amsterdam bar weinig gezien, want dat is in zijn ogen tegenwoordig een Sin City, waar seks en drugs nota bene vrijelijk worden aangeboden.

The xx - Een konijn in de koplampen

Het pakje stroopwafels staat amper op tafel of ze tasten gretig toe. Nee, honderd procent volwassen lijken die twee van The xx nog niet. Frisse jongelui, zijn het, heldere blik in de ogen, welgemanierd, op het verlegene af. Geen spoor van branie in ieder geval, zoals veelal eigen aan Britse popmuzikanten die zich mogen laven aan het grote succes.

Diana Jones - De verloren dochter

"Lange tijd leek het me niet legitiem om als adoptiekind uit New York te klinken als een geboren zuiderling, ook al is mijn moeder dan geboren en getogen in de Smokey Mountains," zegt Diana Jones. "Maar na de dood van mijn opa heb mij daar overheen weten te zetten – niet in de laatste plaats ter nagedachtenis van hem."

Vuur

Een permanent suizend linkeroor heb je er aan overgehouden. Plus een tigtal memorabele avonden. Of je het na pakweg vijfenveertig jaar zo langzamerhand niet allemaal wel gehoord en gezien hebt? Geloof het of niet, maar telkens opnieuw gloeit er die verwachting als het op beginnen staat.

Neil Young - Geleden leed

“De jaren tachtig vormen zowel in mijn muziek als in mijn leven een afgebakende periode, die wordt gemarkeerd door 'Rust Never Sleeps' en 'Freedom',” zegt Neil Young. “Nu mogen die tussenliggende albums voor het publiek zo goed als geen samenhang vertonen, maar naarmate de tijd verstrijkt zullen ze allemaal stukjes blijken van een en dezelfde puzzel.”

Paul Simon - Een witte wereldmuzikant

Wie zou er nou oor hebben voor Afrikaanse muziek in een Amerikaanse verpakking? Paul Simon kon het wel schudden, zo verwachtten de recensenten wereldwijd, die al even eensgezind oordeelden dat er sprake was van een absoluut meesterwerk. Uiteindelijk zouden er mondiaal over de vier miljoen exemplaren van 'Graceland' over de toonbank gaan.

Auditie

Tijdens de auditie moest de grote man van Los Lobos bij wijze van proef voor de vuist weg een mopje accordeon toevoegen aan op een op zich eigenlijk al voltooid lied. Wanneer Bob Dylan na afloop er het zwijgen toe zou doen, zo werd hem vooraf verteld, dan was hij voor het toelatingsexamen geslaagd.

Luwte

Oude liefde roest niet, dus ja, ik was echt wel nieuwsgierig naar de nieuwe Rowwen Hèze. Voorman Jack Poels vertoeft op ‘Geal’ in de luwte, want zijn leven is weer in balans en harmonie, dit tot genoegen van een glimlachend toekijkende Boeddha.

Little Feat - De loden last van Lowell George

“We twijfelden zelf misschien nog wel sterkst of we er wel verstandig aan zouden doen om Little Feat nieuw leven in te blazen,” zegt Bill Payne. Want met het plotselinge overlijden van voorman Lowell George op de kop af tien jaar geleden leek de legendarische groep beroofd van elke levensvatbaarheid.

Mark Olson - Uit de schaduw van The Jayhawks

Op deze ongemeen deprimerende herfstdag blijkt Mark Olson gezegend met een zonnig humeur. Zojuist is hij vanuit Keulen met de trein in Amsterdam gearriveerd. “Heerlijk geslapen onderweg,” zegt de sjofel ogende troubadour vergenoegd. “Voor de tweede keer vandaag begin ik fris en vrolijk aan de dag.”

Gary Louris - In de schaduw van The Jayhawks

Het loopt tegen halfvijf als Gary Louris een flinterdun shagje opsteekt en zich een bodempje whiskey inschenkt. Over een kleine tien minuten moet hij op in de bovenzaal van de Paradiso in Amsterdam, die op deze ideale zondagmiddag in juni toch nog behoorlijk vol is gelopen. Aanhangers van The Jayhawks zijn kennelijk hondstrouw.

Hongerig

Bugs kan zijn geluk nog steeds niet op. Vijftien was hij op het moment dat Los Lobos een kwart eeuw geleden een wereldhit scoorden met 'La Bamba' en daarmee voor elke Mexicaanse popmuzikant de heldenstatus kregen. En nu is hij sinds een half jaar hun drummer.

Counting Crows - Een oester zonder parel

“De een zijn ellende is de ander zijn vermaak,” meent Adam Duritz, voorman van Counting Crows. “Tegelijkertijd kunnen mensen zich aan zo iemand spiegelen, letterlijk zelfs ‒ zoals ik als jochie met een tennisracket op mijn kamertje The Beatles stond na te doen. Die droom is voor mij werkelijkheid geworden, dus in zekere zin leef ik nu in een droom.”

John Hiatt - Het gouden ei

“Of ik haast heb? Nou en of. Ik loop tegen de zestig. Wie weet zijn mijn dagen wel geteld," zegt John Hiatt. "Nee, ik meen het serieus. Ik wil nog zoveel mogelijk werk verzetten voordat ik moet uitchecken.”

Justin Townes Earle - Zo vader, zo zoon

De zoon van hardcore troubadour Steve Earle groeide op in Zuid-Nashville bij zijn alleenstaande moeder, die met haar twee baantjes hem maar moeilijk in het oog kon houden. “Vandaar dat ik me op gezette tijden volgens sommigen als een gangster gedraag,” zegt JTE grinnikend.

Ouder

“Sprekend zijn moeder,” meende er iedere keer wel een tante te moeten opmerken als de halve familie weer eens op zo’n kermiszondag gezellig aan de koffie en vlaai zat. Een jaar of acht geleden viel mijn blik op een in de brievenhouder uitpiekend kiekje van een etentje bij vrienden. Die ogen, dat voorhoofd, die slapen – sprekend mijn vader.

Onderwereld

Gestoken in SS-achtige maatkostuums laten de leider en de beide laptoppers van Nachtmahr zich op het podium steevast flankeren door een viertal stokstijf staande en streng kijkende concentratiekampbewaaksters. 'Mit uns oder gegen uns?'

Rory Block - De blues in het bloed

"Sinds ik mij eleganter ben gaan kleden, krijg ik vaak te horen dat mijn muziek niet strookt met mijn uiterlijk," zegt Rory Block, die de ongekend virtuoze bluesgitarist Robert Johnson perfect kan nabootsen. "Zo zal ik nooit vergeten dat iemand uit het publiek mij eens toeriep: ‘Je speelt als een kerel.’"

James Taylor - Voor eeuwig en altijd

“Prachtig, die stapelwolken. En dan dat eigenaardige zonlicht.” James Taylor staat voor het raam van zijn kamer op de bovenste verdieping van een Amsterdams hotel. Wel een halve minuut lang staart hij zwijgend naar buiten en ziet wat de Hollandse meesters ooit plachten te schilderen.

Frédérique Spigt - Mans genoeg

Het lijkt warempel wel een vrijdagmiddagborrel, hier op het verwarmde terras van Café Ari. Vernoemd naar de dochter van buurman Jules Deelder, dit etablissement voor het gewone volk, waar de trendy klandizie van de overkant stiekem op neerkijkt. En dus typisch een stek voor Frédérique Spigt, Rotterdamse in hart en nieren.

Paul Weller - The Modfather

Met een half opgedronken kop cappuccino komt Paul Weller de hotelbar binnenlopen, in zijn andere hand twee plastic draagtassen met elpees, zijn jonge echtgenote aan zijn zijde. En zoals het The Modfather betaamt, is hij 'dressed for the occasion': zwart kostuum, wit overhemd, oranje stropdas.

Fleetwood Mac - Zeven levens

Het zal toch niet waar zijn? Comfortabel onderuit gezakt op de bank ligt Mick Fleetwood met geloken ogen aandachtig te luisteren. Zo lijkt het tenminste, want als de vrij lange vraag eenmaal gesteld is, klinkt slechts het ternauwernood hoorbare gespin van iemand die op het punt staat onder zeil te gaan.

Ry Cooder - Let’s ball awhile

Naast folk, blues, gospel en zelfs jazz waagde Ry Cooder zich ook aan buitenissiger genres uit onder meer Mexico, de Bahama’s en nota bene Azië. "Alles absorberen wat je om je heen hoort, het lijkt voor een Amerikaanse muzikant met enig cultuurhistorisch besef de meest voor de hand liggende werkwijze en toch gebeurt het slechts sporadisch.”

Robert Cray - Blues voor yuppies

"Berooide bluesmannen in de jaren dertig die met hun gitaar op de rug naar de volgende stad liften om er voor een habbekrats te spelen, terwijl ze niet eens weten waar ze die nacht onderdak zullen vinden, dag na dag vergetelheid zoekend in de fles,"zegt Robert Cray verzaligd, "ik moet bekennen dat ik er geregeld over droom."

Mark Lanegan - In het duister

In het schemerdonker zit aan de hoek van een grote vergadertafel een norsig ogende man met een getekend gelaat en getatoeëerde handen. Het is Mark Lanegan, de Beëlzebub van de popmuziek, de zanger met de grafstem die zo obsessief de duistere kant van de mens belicht.

Toen

Tot op de dag van vandaag koester ik een zwak voor Poco ‒ en dat wil wat zeggen, want we spreken dan over pakweg driekwart van mijn leven tot dusver. Eens in de zoveel tijd moet ik zomaar, in een flits, aan hun countryrock denken. Niet dat die muziek dan in mijn hoofd opklinkt, nee, ik denk er alleen maar aan.

Pagina's

Abonneer op Popstukken RSS