Uiteinde

November 2010

Vandaag is het de laatste dag van het oude jaar. Wat mij betreft typisch zo’n dag om over te slaan, net zoals de dag van morgen, de eerste dag van het nieuwe jaar. Vanavond om zeven en elf uur spelen Los Lobos in de City Winery in New York en dat is volgens de amigos de musica zelf ‘good fun as usual’. Kijk, dat had ik nou best wel mee willen maken. Niet dat ik er echt mee zit als ik weer eens iets mis ‒ herinneringen genoeg tenslotte. Zo hoop ik voor komend jaar op helemaal niets, want dan blijft me tenminste wie weet wat voor ellende bespaard. Wel koester ik ditmaal een goed voornemen: ik ga serieus pogen me te bekwamen in de kunst van het nietsdoen.

Ondertussen spookt nu al bijna twee weken lang Into The Wild door mijn hoofd. Of hij nou acteert of regisseert, Sean Penn jaagt je gegarandeerd de stuipen op het lijf. Deze waargebeurde film van een jaar of drie jaar terug verhaalt hoe een begenadigd student tijdens de zomervakantie tussen college en universiteit met de noorderzon vertrekt. I know all the rules, but the rules did not know me, aldus neo-folkrocker Eddie Vedder op de soundtrack, tussen haakjes eigenlijk gewoon de eerste soloplaat van het Pearl Jam-boegbeeld ‒ en wat voor eentje.

Enfin, die student doneert zijn totale spaargeld aan ontwikkelingshulp, vernietigt al zijn pasjes en kaarten, en slaat aan het zwerven. Eenmaal voldoende onthecht stapt hij twee jaar later de wereld uit. For me it begins at the end of the road. Hij verdwijnt in de wildernis van Alaska om zichzelf te vinden. Maar ja, wat gebeurt? When you think more than you want, your thoughts begin to bleed. En dus wil hij op een gegeven moment weer onder de mensen. Alleen heeft de natuur inmiddels de terugweg afgesloten en lukt het hem steeds moeilijker aan voedsel te komen. Na zo’n vier maanden sterft hij de hongerdood. The lights go out. Let me feel I’m falling. I am falling safely to the ground. Jazeker, het einde is hoe dan ook een verlossing, altijd. Toch een troostende gedachte zo aan de vooravond van een nieuw jaar ‒ ware het niet dat na het zien van Into The Wild de schrik er weer behoorlijk in zit.

Alsof het zo moet wezen, zal over een dag of vier Gerry Rafferty zijn laatste loodje leggen ‒ doodgedronken. Tjongejonge, wat kon die man magnifieke popmuziek maken. Neem nou Can I Have My Money Back?, zijn absolute meesterwerk, veertig jaar oud alweer, het album dat Paul McCartney nooit heeft gemaakt. Uitgelaten sta je alles mee te zingen, want blijven zitten lukt niet bij zulke opwekkende liedjes ‒ en dat terwijl de kommer en kwel ervan afdruipen. Each day is harder to get through. My head, it is spinning. I don’t think I’m winning the race. Nee, winnen zat er niet in, maar hij is wel tot het bittere eind blijven doorgaan, hoe zwaar het hem ook viel ‒ vooral dat laatste rechte stuk, zeker met die straffe wind tegen.