Wild Beasts - Op elkaars lip
“Ik geloof niet zo in aangeboren talent. Neem nou mijzelf: als tiener kon ik absoluut niet zingen, ik neuriede maar wat aan. Dat ik het tot professioneel muzikant heb weten te schoppen, komt doordat de romantiek van het kunstenaarschap zo tot mijn verbeelding sprak,” zegt de een. En de ander meent: “Muziek maken is een onweerstaanbare drang, misschien zelfs wel een roeping. Om een of andere reden had ik de overtuiging dat ik wat ik zo zielsgraag wou doen best eens de moeite van het beluisteren waard zou kunnen zijn.”
De een is falset Hayden Thorpe, de ander bariton Tom Fleming, twee bedachtzame types aan de verkeerde kant van de twintig, allebei geheel en al verstoken van de bravoure zo eigen aan de de Britse popcultuur. “Rock is ooit ontstaan uit een zekere rebellie, maar wat toen gold als onconventioneel doet tegenwoordig traditioneel aan,” reageert de ander op deze constatering. “Een stelletje branieschoppers met elektrische gitaren en een drumstel is toch te oubollig voor woorden? Wij hebben het reguliere instrumentarium inmiddels goeddeels ingeruild voor elektronische muziekapparatuur, omdat we steeds verder op zoek willen naar vreemde geluiden.”
De een en de ander vormen samen met nog twee anderen, Ben Little en Chris Talbot, al een klein decennium de Wild Beasts. Hun atmosferische muziek laat zich kort door de bocht omschrijven als een nieuwerwetse variant op de symfonische melancholica van Talk Talk. Present Tense heet het jongste album, waarmee ze de kunstige stijl van Two Dancers, genomineerd voor de prestigieuze Mercury Prize, en opvolger Smother, van hetzelfde laken een pak van fijner snit, weer verder hebben doorontwikkeld.
Wie had die pijlsnelle groei vijf jaar geleden kunnen vermoeden bij het horen van hun grillige debuut Limbo, Panto? “Die eerste plaat was nogal exuberant, ja,” beaamt de ander. “Een lozing van creativiteit, een explosie van alle ideeën die zich mettertijd hadden opgehoopt. Daarna konden we eigenlijk pas echt beginnen.” Opmerkelijk ook hoe hun muziek allengs verstilder is gaan klinken, terwijl ze zich ondertussen toch een slag in de rondte tourden. “Dat lijkt inderdaad paradoxaal,” moet de een toegeven. “Ware het niet dat we sinds onze verhuizing naar Londen letterlijk dichter tot elkaar zijn gekomen. Vroeger in Leeds hadden we een flinke oefenruimte, nu zitten we in een soort veredelde bezemkast te werken. Die intimiteit hoor je terug in ons spel.”
We schrijven de derde week van november. Present Tense is al in augustus afgerond, maar verschijnt pas in de loop van februari, zo’n jaar nadat de Wild Beasts eraan begonnen. “Het schip ligt in de werf te wachten op de tewaterlating,” meesmuilt de een. Om het bloed toch alvast een beetje te laten kruipen waar het niet gaan kan, geven ze aanstaande week een vijftal concerten in Engeland, begin december gevolgd door optredens in Moskou en Istanbul. “Voor het eerst in ons volwassen leven hebben we een vol jaar niet getourd,” verzucht de ander. “Zeker na een tijdje kreeg ik het er moeilijk mee, vooral rond een uur of negen ’s avonds op de bank: dan was er alweer niks. De instantbevrediging van spelen voor een publiek is verslavend. Je begint de roes steeds sterker te missen.” De een knikt instemmend. “Op tournee voel je je als een ballon hoog in de lucht, goed en wel thuis als een ineenschrompeld stukje rubber op de vloer.”
Die tourneeloze periode heeft louterend gewerkt, mogen ze gerust stellen. “Wij muzikanten leven toch in een wereld van illusies. Nu pas realiseer ik me hoeveel geduld en begrip de mensen om wie ik geef voor me hebben moeten opbrengen,” zegt de een. En de ander weet: “Als je pakweg honderdvijftig keer per jaar op een podium staat, maak je niet echt meer deel uit van de werkelijkheid. Plus dat je denkt dat je iets bijzonders doet, omdat avond na avond wildvreemden naar je komen luisteren. Terwijl we juist allemaal even nietig zijn.” De een weer: “We moesten hoognodig terug naar het normale leven om daar onszelf terug te vinden. Hoe pompeus het ook mag klinken: het album is het resultaat van onze zoektocht naar waarachtigheid.”
Present Tense gaat volgens eigen zeggen over de rijkdom van arme mensen. Baby, there’s have-alls and there are have-nots. I’m happy with what I got, heet het. They’re solemn in their wealth, we’re high in our poverty – we see the things they’ll never see. “De personages zijn uit het leven gegrepen, of preciezer gezegd: naar het leven geschetst, alleen niet fel realistisch,” zegt de ander. “In een grote stad als Londen is alles ongelijk verdeeld, op een bijna Victoriaanse manier.” Zij het dat daar volgens de een wel iets tegenover staat: “Londen is opmerkelijk tolerant en barmhartig. Ook wekt die stad gemeenschapszin op. Mensen slaan de handen in elkaar, anders redden ze het gewoon niet. Die gedachte geeft de burger moed.”
Op voorganger Smother sloegen de Wild Beasts een ronduit mismoedige toon aan, getuige een zinsnede als: The things I thought I’d want, they vanish one by one. “Ja, dat was een behoorlijk neerslachtige, uitzichtloze en claustrofobische plaat,” moet de een bekennen. “Ieder mens heeft nu eenmaal de neiging zijn emotionaliteit te gijzelen. Zo’n album maken is tot daaraantoe, maar vervolgens moet je er nog pakweg anderhalf jaar lang als het ware mee samenleven. Telkens als je die nummers speelt, beleef je ze opnieuw, zelfs al ben je inmiddels door die fase heen. Tijdens het touren met Smother trok de mist langzaam op en begonnen we alles helderder te zien. Kennelijk hebben we ons niet voor niets zoveel uren staan afbeulen in de psychologische sportschool.”
Het werken aan Present Tense was meer dan ooit een groepsgebeuren, waarbij de vier zowel de vaste rolverdeling als het traditionele compositieproces durfden los te laten. “De muziek ontstond ditmaal niet spelenderwijs. In plaats van instrumenten gebruikten we computers,” vertelt de ander. “Ieder van ons kwam aanzetten met allemaal losse fragmentjes, waaruit we letterlijk bij stukjes en beetjes de nummers met vereende krachten hebben opgebouwd. Buitengewoon arbeidsintensief, maar samen kom je wel op dingen die je in je eentje nooit zou hebben verzonnen. Eigenlijk opereren we als een jeugdbende.” De een vult aan: “Je moet op elkaars lip kunnen zitten, sterker zelfs: je moet elkaars gezelschap willen zoeken. Ben gaat volgend jaar trouwen, maar ik heb nu al meer nachten met hem in een hotelkamer doorgebracht dan zijn aanstaande ooit zal doen, hoe lang hun huwelijk ook mag duren.”
Al hun financiële reserve hebben de Wild Beasts in Present Tense gestoken. “Een morele verplichting,” aldus de een. “Als kunstenaar ben je net zo goed een ambachtsman, die moet investeren om een nog beter product op de markt te kunnen brengen. En dan te bedenken dat we de popmuziek alleen maar zijn ingestapt omwille van de seks.” De ander glimlacht. “We koesterden geen enkele verwachting, al hadden we zo onze dromen. We hadden geen flauw idee hoe de muziekindustrie functioneert, wat achteraf een immens voordeel bleek, want anders waren we vast niet zo moedig en arrogant geweest. Een zekere onnozelheid kan nooit kwaad.”