Mister and Mississippi - In alle vertrouwen
Met Sinterklaas stuurde de platenfirma als surprise een promo-exemplaar van de nieuwe Mister and Mississippi rond. Keurig verpakt inclusief strikje en vergezeld van een gedicht plus enige chocolade steekpenningen. Het moge duidelijk zijn: ze verwachten er nogal wat van. We Only Part To Meet Again klinkt dan ook als de overtreffende trap van het droomdebuut, waarmee de Utrechtse indieband tot over de grens bliksemcarrière maakte. “Zeker, het is allemaal erg snel gegaan,” beaamt gitarist Danny van Tiggele (22). “Maar ja, je kunt het toch moeilijk tegenhouden.”
Van die titelloze eersteling gingen inmiddels een slordige tienduizend stuks van de hand, vandaag de dag een hoeveelheid waarvan het gros der Nederlandse popmuzikanten hooguit kan dromen. In die twee jaar gaf de groep ruim honderdvijftig optredens, ook al zo’n indrukwekkend aantal, temeer omdat de vier in de lente van het toneel verdwenen om te werken aan het nieuwe album. Na gedane arbeid stonden ze deze verder windstille herfst wel samen met onder anderen de Editors en Jeff Tweedy op de Rolling Stone Weekender aan de Duitse Oostzeekust. Nog een ander wapenfeit: eind maart werd hun optreden op het Crossroads-festival in Bonn integraal uitgezonden door het gerenommeerde tv-programma RockPalast. Opmerkelijk, inderdaad, zij het niet onverklaarbaar: zo’n band kennen ze in het buitenland immers niet.
Uniek vinden Mister and Mississippi een al te groot te woord voor hun zelfbenoemde ambient indie folk rock. Niet voor niets verklaren ze zich ongevraagd schatplichtig aan onder anderen Fleet Foxes, Sigur Rós, Bon Iver, Other Lives en Patrick Watson. Verre van toonaangevend overigens, dat soort atmosferische muziek, de laatste tijd al helemaal niet. En dan toch zo’n weerklank. Danny van Tiggele kan er zijn vinger niet op leggen. “Hoeveel anderen maken niet ook mooie muziek en werken net zo hard? En met hen gebeurt er helemaal niks. Wie weet is het wel gewoon een gelukkige timing: het juiste geluid op het juiste moment. We beseffen in ieder geval terdege hoe bijzonder het is wat ons overkomt. Al drong het pas tot ons door in die maand rust tussen het festivalseizoen en de najaarstour. Toen realiseerden we ons ook hoezeer we er onbewust wel niet van genoten.”
De voorgeschiedenis mag inmiddels oude koek heten. Op de Herman Brood Academie in Utrecht dienen studenten voor het vak Act Development een tijdelijke band te vormen. Maxime Barlag, Tom Broshuis, Samgar Jacobs en Danny van Tiggele willen best wel eens iets anders proberen. Geen reguliere rockbezetting, besluiten ze vooraf, dus geen drums, alleen vocalen en gitaren, hooguit wat percussie en soms een bas, eventueel nog toetsen. Gelijk al bij de eerste keer oefenen blijkt: a match made in heaven. Geboren op 7 april 2011, meldt de Facebook-pagina van Mister and Mississippi amper twee maanden na dato. De toekomst is begonnen.
Interessant vak overigens, dat Act Development. Vier keer per leerjaar krijgen de studenten acht weken de tijd om per vier of vijf een bandje op te bouwen. In die periode maken ze een drietal liedjes, die uiteindelijk in poppodium EKKO ter beoordeling ten beste worden gegeven. Wat inhoudt dat elke student tijdens de opleiding deelneemt aan twaalf ‘werkbandjes’. “Zo leer je vanzelf communiceren, de taal van de oefenruimte spreken, wat een basisvoorwaarde is om samen iets moois te maken,” weet Danny van Tiggele ondertussen. “Iedereen is een ander persoon en met hoe meer verschillende personen je werkt, des te beter je leert hoe je jezelf in een bepaalde situatie het beste kunt opstellen. Ik ben wel iemand die zijn stempel kan drukken, merkte ik, maar als je dat wat vaker loslaat en aandachtig luistert naar de anderen, kom je eerder tot verrassende dingen. Je smaak verbreedt zich, ook al omdat je daarnaast nog in twaalf coverbandjes zit, waardoor je je muzikaal veel sneller ontwikkelt.”
De docent van Mister and Mississippi in wording was Marcel van As, drummer bij Spinvis. Hij zou ze in contact brengen met hun toekomstige platenfirma, boekingskantoor en producer. Maar allereerst was daar in 2011 de deelname aan de Amsterdamse Popprijs, die ze nota bene wisten te winnen, in 2012 gevolgd door eervolle voorprogramma’s voor Blaudzun en Patrick Watson, de Popronde langs een dertiental steden en, niet in de laatste plaats, de opnamen van het titelloze debuutalbum, dat begin 2013 zou verschijnen. Vanaf dat moment ging het opeens zo hard als in een achtbaan: 3FM Serious Talent, uitgebreide clubtournee, 3FM Award voor Beste Nieuwkomer, 3FM Megahit, festivaloptredens inclusief Lowlands, uitgebreide clubtournee, optredens in België, Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk, tournee door Duitsland, showcases in Londen en op SXSW in Austin, Texas, Edison voor Beste Alternative Act, minitournee door Nederland, festivaloptredens in Nederland en Duitsland. En tussen de bedrijven door slaagden ze er warempel ook nog eens in hun opleiding af te ronden.
“Alle dromen zijn eigenlijk al uitgekomen. Nu kan ik alleen nog maar dromen dat het mooier wordt dan het al is,” zegt Danny van Tiggele. “Dat je met een groepje vrienden mag touren in het buitenland is te bizar voor woorden. Je maakt zoveel dingen mee, dus het wordt ook superhecht. Na dat feest in Austin bijvoorbeeld, hebben we er paar dagen vakantie aan vastgeplakt. Het is zo belangrijk om naast het werk samen leuke dingen te blijven doen, dat houdt de boel bij elkaar. Zeker in ons geval, want we hebben geen leider, dus we moeten alles met zijn vieren bespreken en beslissen, wat tot de nodige discussies leidt. Goed met elkaar kunnen praten, weten te geven en nemen, graag met elkaar willen omgaan, dat vertrouwen heb je nodig om op elkaar te kunnen leunen.”
Mister and Mississippi is een ware vier-eenheid. Zo spreken ze tijdens een groepsinterview uit één mond, of preciezer gezegd: ze vullen elkaar om beurten aan. Idem dito gaat het in de oefenruimte bij het componeren en arrangeren van nieuwe liedjes. “Iemand komt met een basisidee, meestal Tom, soms ik, maar die ideetjes kunnen Sam en Max vaak in no time naar hun hand zetten, en van daaruit gaan we dan samen verder. Onze kracht ligt in het collectief,” vertelt Danny van Tiggele. “We denken nog steeds vanuit het liedje, ook nu we meer verschillende instrumenten gebruiken. Tegenwoordig nemen we superveel spullen mee naar een optreden: een stuk of vijftien gitaren, een drumstel en allerlei extra percussie, een stel toetsenborden, een oud traporgeltje. Ik houd wel van een vol podium. Je mag best aandacht besteden aan hoe het eruit ziet, vind ik, vandaar ook die tapijten. Het moet sfeervol ogen.”
Tijdens het voorjaar brachten ze al een trits nieuwe nummers, daarna schreven ze er nog een stuk of tien bij. Onder het motto never change a winning team gingen de vier vervolgens weer opnemen onder leiding van Reyn Ouwehand, gewaardeerd producer van onder anderen Kane, Wende en Ellen ten Damme. In diens studio The Church, gebouwd in een eeuwenoud kerkje in Wijdenes aan het Markermeer, deden ze precies één dag over elk liedje, inclusief mixen. Verder nog een dag voor het toevoegen van strijkers en blazers, een extra dag om de puntjes op de i te zetten plus een laatste dag voor het afmixen. En klaar. Hoezo ‘moeilijke tweede’?
We schrijven medio december. Nog zo’n anderhalve maand moet Mister and Mississippi wachten op de bel voor de volgende ronde. “Spannend,” zegt Danny van Tiggele, al lijkt hij vol goede moed. We Only Part To Meet Again verschijnt behalve in Nederland vrijwel tegelijkertijd in België, Duitsland en Zwitserland, zodat de releasetour zich voor meer dan de helft in het buitenland afspeelt. “Daar verheug ik me enorm op. Veel verder vooruit kijk ik eigenlijk niet. Ik leef van maand tot maand, daar ben ik als muzikant op gefocust. De langere lijnen zet het team achter de schermen uit. Gisteren kregen we de fysieke exemplaren van het album binnen en toen vroeg Tom: ‘Hey man, heb je al een idee over de derde plaat?’ Ik keek hem zo aan en zei: ‘Nee, natuurlijk niet!’ Maar ik heb er al wel vertrouwen in.”