Diep

Januari 2012

Het volgende lied zou hij graag aan iemand willen opdragen, ook al houdt hij er zelf niet zo van als anderen dat doen, maar goed, in dit speciale geval mag hij er zich wel aan bezondigen – en zonder verder een woord begint hij te spelen. Zeg nu zelf: is dit humor of niet? Hij is trouwens Ed Laurie, een Engelse singer-songwriter met een ernstige inborst. Samen met drie Italiaanse jazzmuzikanten treedt hij deze vrijdagavond op in de bovenzaal van de Amsterdamse Paradiso voor pakweg dertig man, waarvan er ook nog eens twee luidkeels door de muziek heen staan te praten ­– tot iemand boos roept of ze misschien hun mond willen houden.

Een kleine drie jaar geleden mocht Ed Laurie openen voor Ane Brun in een uitverkocht Tivoli, alwaar hij door een kakelend publiek bruut werd overstemd – en geheel van slag raakte. Als pleister op de wonde heb ik hem toen nog verteld hoe een paar maanden eerder Martha Wainwright op datzelfde podium verbolgen had geïnformeerd waarom  zo veel mensen liever met elkaar praatten in plaats van naar haar muziek te luisteren – wat die kletsmeiers dan weer niet gelijk mee hadden gekregen, omdat ze zo druk in gesprek waren.

Enfin, na die traumatische avond in Utrecht verruilde Ed Laurie zijn akoestische gitaar voor een elektrisch type – et voilà, daar had hij naast die eigenaardige speelstijl van hem opeens ook een markant geluid te pakken. Zijn album Cathedral nam hij goeddeels op in het Noord-Italiaanse Bolzano, achter de coulissen van een theatertje tegenover de kathedraal, voor de vuist weg begeleid door een stel lokale jazz cats – à la het onvolprezen Astral Weeks van Van Morrison, inderdaad, daar maakt hij geen geheim van. Eenmaal terug in London volgde er een aanvullende sessie met weer een ander combo, daarna nog wat extra blazers plus strijkers erbij – en klaar.

Het juiste woord voor de muziek van Ed Laurie is elliptisch, tenminste voor wie een verhelderende vakterm wenst te gebruiken – wat overigens lang niet altijd alles hoeft te zeggen. Meanderend zou eigenlijk net zo goed kunnen, want Cathedral is zo’n album om op mee te drijven – als met de stroom van een rivier, de oneindige zee tegemoet. Er wordt gezongen van witte bloesem en rozige geur, van rustieke lanen en glooiende heuvels, van zoet brood en frisse wijn, van rijpe bessen en verse olijven, van karmozijnen luchten en een purperen maan – ja, Ed Laurie heeft iets met Italië.

Herinneringen opdiepen, dat is wat hij graag mag horen in muziek. En dan blijven doorgraven om uiteindelijk achter de emotie te komen. Begrijp ik een beetje wat hij bedoelt? We zitten in zijn kleedkamer vlak onder het grote podium van de Paradiso, waar het gefunk van voorheen The Family van Prince zo lekker doordreunt. De gevoelige snaar raken, nee, Ed Laurie vindt het eerlijk gezegd nogal armzalig. Geen kwaad woord over Adele, maar that big song, de titel schiet hem nu niet zo gauw te binnen, dat is toch louter liefdesverdriet, iets anders zit er niet in – nou, daar voelt hij dus helemaal niets bij. Alleen valt dat zo moeilijk uit te leggen aan die trotse platenbaas van haar, een goede kennis van hem, want dan gaan er allerlei andere dingen meespelen, nee joh, dat wordt echt veel te ingewikkeld.

Niet flauw doen, kom op, voor de draad ermee. Wat wil namelijk het geval? Geen lied heeft mij het afgelopen jaar heftiger weten te emotioneren dan Someone Like You, zeker die allereerste keer bij Later… With Jools Holland, al was haar uitvoering van Don’t You Remember in een twitterend, sms’end en fotograferend Paradiso een goede tweede. Snobisten konden het uiteraard niet laten die hartverscheurende ballades af te serveren als al te vet gezongen, maar zouden ze dat ook durven bij, pak ’m beet, (You Make Me Feel Like) A Natural Woman van Aretha Franklin?

Desalniettemin: Ed Laurie heeft een punt. Ik op mijn beurt ook. Tijdens de BRIT Awards, zo vertel ik hem, moest Adele tegen het eind van Someone Like You in een flits denken aan hoe ze vorig jaar nog in het publiek had gezeten met naast zich haar gewezen vriendje over wie ze zo smartelijk stond te zingen – en ja hoor, daar brak haar stem. Iedereen in de zaal en voor de televisie tot tranen toe geroerd. Adele zelf kon er gewoonweg niet bij dat ze zich ten overstaan van miljoenen had laten gaan. Hoe had ze haar optreden zo kunnen verbruien? Ze stond zichzelf te vervloeken – zoals het een rechtgeaard artieste betaamt.